Wantok, raskols en varkens

3 november 2013 - Honiara, Salomonseilanden

De tweede week in Port Moresby begonnen we ons al een beetje thuis te voelen in die vreemde stad. Was de eerste week nog een aaneenschakeling van cultuurshoques, in week twee voelden we ons al een beetje part of town. Was het eerst nog wennen dat iedereen hier een half uur of meer te laat komt, na een tijdje zonder problemen aan dit gebruik aangepast. We hadden weer een mooi gevuld programma. Wat publiciteit gekregen van de nationale tv, krant en radio en weer veel werkbezoeken en trainingen.

Zoals ik al eerder schreef zijn de mensen hier ontzettend vriendelijk maar tegelijkertijd is het ook een ongelofelijke gewelddadige samenleving. Er is continue dreiging en je moet alles per auto doen en met de ramen dicht en de deuren op slot rondrijden. Er zitten hier veel Australische expats ivm de olie en gas (ze trekken dit land aardig leeg), zij verplaatsen zich alleen tussen de beveiligde compounds. Een keer een drankje gedaan bij een Australische diplomaat, hij had een gepantserde jeep en een huis met beveiligers, hoge hekken en prikkeldraad, dat is hier de standaard. Port Moresby is volgens de Economist de, op 1 na, meest onleefbare stad ter wereld.

Wij hadden gelukkig veel lokale contacten en konden met hen samen de achterbuurten in en werden hier dan heel erg gastvrij ontvangen. Er is hier een hele sterke gemeenschapszin (noemen ze 'wantok'), als je met een local bent en niks fout doet ben je binnen zo'n gemeenschap veilig ondanks dat die vol zit met boeven. Papoea Nieuw Guinea is een erg schizofreen land: de vriendelijkste mensen die ik ooit ooit ontmoet heb vs extreem gewelddadig, rijk vs arm, zwarte locals vs blanke expats, traditioneel vs modern. Het zijn allemaal gescheiden werelden. Wij hebben een klein kijkje kunnen nemen in beide werelden.

Helaas liet het programma geen tripje aan de Highlands toe, waar de verschillende stammen wonen en zij nog hun traditionele leefstijl leven. Er worden in PnG meer dan 800 talen gesproken en er zijn nog meer stammen. De meeste mensen in Port moresby komen uit de Highlands en gaan nog af en toe naar hun geboortedorp en nemen daar weer deel aan de lokale tradities. Een van de hotelmedwerkers vertelden uitgebreid over zijn stam, die nog aan stammenoorlog doet. Zijn vader, broer en andere familieleden zijn gestorven in een van die oorlogen. Weer zo'n contrast: hij werkt in een shique hotel, heeft grotendeels dezelfde normen als wij maar als hij terug gaat naar zijn geboortedorp doet hij mee aan de lokale tradities en dat betekent dus eventueel ook vechten in een stammenoorlog.

Een middag zijn we op bezoek geweest bij een mooi vissersdorp waar ook grote problemen met alcoholmisbruik en agressie zijn. Op de weg daar naar toe door een aantal settlements gekomen, waar we pas doorheen konden rijden nadat we snel wat geld uit het raam naar de lokale Raskols hadden gegooid. We hadden een gesprek in de kerk met de lokale weduwen en wat schoolkinderen en hebben voorlichting gegeven over drugs en alcohol. Ook met hen gesproken over een vorm van dagbesteding voor de vele werkelozen als onderdeel van de oplossing voor hun problemen. Daar een gedeeltelijk verlamde man en zijn vrouw ontmoet. Hij reist in zijn rolstoel met het openbaar vervoer naar de omliggende dorpen om mensen te overtuigen om de gehandicapten in hun community te accepteren. Zij wonen boven op een heuvel zonder electriciteit en stromend water. De weg naar hun hutje is onverhard, stijl en vol met obstakels. Ik had de eer om hem in zijn rolstoel de twee km lange lijdensweg naar boven te duwen, iets dat normaal door zijn vrouw moet worden gedaan. Ook deze mensen waren weer erg gastvrij en vriendelijk, hebben geen stuiver maar willen toch alles delen.

Verder hebben we weer bij verschillende organisaties trainingen en presentaties gegeven en discussies gevoerd. Bijvoorbeeld bij het, onder de politie vallende, bureau Narcotics. Zij werken landelijk en zijn verantwoordelijk voor zowel de opsporing als voorlichting over drugs en alcohol. Deze organisatie maakt zelf de landelijk verspreidde voorlichtingsfolders maar hebben beperkte materialen en weinig feitenkennis. Dachten we hier even voor een uurtje op de koffie te komen bleek dat ze ons bezoek al de hele week aan het voorbereiden waren. Zij ontvingen ons groots, alle inspecteurs en bazen waren opgetrommeld en zaten netjes in gelid te wachten op wat deze wijze bleekneuzen te melden hadden. Ze waren erg enthousiast over de Nederlandse methodieken, ketenunitanaanpak en het idee van samenwerking tussen politie en hulpverlening.

We waren ook uitgenodigd door het stadhuis voor een gesprek met een groot aantal van de lokale beleidsmakers. Zij waren zo vrij geweest om de meeting in een chique hotel te plannen inclusief uitgebreide lunch en drankjes en de vraag of we dit cash of met creditcard wilden betalen. Zuinige Hollanders die we zijn, hebben we aangegeven dat een meeting op het stadhuis met een glaasje water voor ons voldoende is. Vermoedelijk was er een causaal verband tussen de luxe lunch en het grote aantal aanmeldingen voor deze meeting. Want uiteindelijk kwamen er maar 6, wat zuur kijkende, gemeentefuntionarissen opdagen.

We hebben ons bezoek aan PnG afgesloten met een bijeenkomst met verschillende deelnemers waar we onze bevindingen presenteerden en een discussie voerden om dit project duurzaam te maken. Een van de uikomsten was de drugs en alcohol voorlichting inhoudelijk te verbeteren en uit te breiden, hiervoor gaan we materiaal en informatie opsturen naar de betrokken partijen. De andere belangrijke conclusie was dat er een sterker netwerk moet ontstaan. Veel organisaties werken langs elkaar heen en samenwerking ontbreekt vaak. Ons bezoek is alleen al geslaagd doordat bij onze bezoeken verschillende partijen elkaar ontmoeten en gedwongen werden om met elkaar in gesprek te gaan.

Onze avonturen in Port Moresby sloten we af met een borrel met ziekenhuisdirecteur dr. Sam. Hij vertelde over zijn tradities van zijn dorp in de highlands en dat hij een deel van deze tradities nog volgt. Zo was hij wel geïnteresseerd in een van de teamleden als tweede vrouw. Hier had hij naar lokaal gebruik 70.000 euro en 50 varkens voor over. Ondanks dat mij dit een redelijk bod leek vetrokken wij de volgende dag met het complete team naar de Salomon Eilanden voor het vervolg van onze avonturen.

1 Reactie

  1. Piet de Groot:
    3 november 2013
    De Papoea's moeten begrijpen dat: there is no such thing as a free lunch. Wat die dr. Sam betreft, ik vond het zelfs een genereus bod, je had moeten happen! We blijven je volgen hier, ondanks zo nu en dan windkracht 10!
    Groeten, Piet